Vijf belangrijke datatrends voor 2019


 

 

Aan het begin van 2019 neemt Diederick Beels een aantal trends en technologieën onder de loep die zullen beïnvloeden hoe organisaties hun data inzetten. 

Beels destilleerde vanuit gesprekken met interne en externe deskundigen vijf datatrends waarmee managers volgend jaar hun voordeel kunnen doen. 

"In 2018 hebben veel organisaties nagedacht over de prioriteit die ze aan het gebruik van moderne Business Intelligence toekennen en hoe ze als organisatie zo veel mogelijk waarde aan data kunnen onttrekken," begint Beels. "Terwijl we dit (bijna afgelopen) jaar kunnen karakteriseren als een jaar van zowel innovatie als dienst- en productverbetering, gaan we in 2019 zien dat bedrijven verder nieuwe mogelijkheden gaan verkennen. De volgende vijf datatrends zijn hierbij goed als kompas aan te houden."

1. De omgang met data wordt steeds vaker beschreven in ethische gedragscodes

"Door datawetgeving als de AVG vragen leiders zich af hoe hun organisaties in de toekomst ethisch met data kunnen omgaan. Voorlopig is de dataprivacy zeker nog niet op haar retour, aangezien consumenten steeds bewuster omgaan met het afstaan van hun persoonlijke gegevens. Het is van cruciaal belang dat het bedrijfsleven meer overleg voert over onderwerpen als data-ethiek en privacy en hoe die in de dagelijkse zakelijke praktijk zijn in te passen", vervolgt Beels. Hij stelt dat de dialoog twee resultaten moet voortbrengen: Gedragscodes en veranderingen in bedrijfsprocessen.
 Om met de gedragscodes te beginnen: Veel beroepen, zoals in de gezondheidszorg, de boekhouding en de rechtspraak, zijn gebonden aan een gedragscode. Nu het datagebruik toeneemt, onderzoeken steeds meer bedrijven hoe ze die codes op hun dataverwerking kunnen toepassen. Chief Data Officers (CDO’s) werken hard aan gedragscodes, zodat er een referentiekader ontstaat voor de infrastructuur, het beheer en de personeelsbezetting van de toekomst. "Sterker nog," vult Beels aan, "uit een onderzoek uit 2017 van Gartner onder Chief Data Officers blijkt dat ‘tussen 2016 en 2017 het aantal CDO’s dat vindt dat ethische verantwoordelijkheid tot hun takenpakket behoort met 10 procent is toegenomen.’"
Dan de veranderingen in bedrijfsprocessenBeels: "Als u de volledige levenscyclus van uw data aan een grondige evaluatie onderwerpt, krijgt u de kans om de beheerstrategie regelmatig bij te slijpen, zodat de organisatie niet alleen aan de wetgeving, maar ook aan de interne gedragscode voldoet." Accenture heeft in zijn rapport Universal Principles of Data Ethicsvermeld dat ‘beheerprocessen robuust, bij iedereen bekend en onderhevig aan regelmatige controles moeten zijn’, zodat ze aansluiten op de groei en ontwikkeling van het bedrijf. Dankzij moderne BI-platformen is data-analyse niet meer aan de absolute experts voorbehouden. Dat betekent dat meer functies de verantwoordelijkheid gaan dragen voor het naleven van ethische dataprincipes – die weer een belangrijk onderdeel vormen van de inspanningen om vaardig en waardig met data om te gaan.

2. Storytelling met data wordt de nieuwe lingua franca van het bedrijfsleven

"Als u uw dataconclusies niet kunt communiceren, heeft uw analyse ook geen gewicht. En juist daar is datavisualisatie zo nuttig voor," legt Beels uit. Tegenwoordig is het voor analisten een onmisbare vaardigheid om op een praktische, gemakkelijke manier uit te leggen welke stappen ze hebben gezet om tot hun conclusies te komen. Dit wordt ook wel ‘data storytelling’genoemd. Nu er in het bedrijfsleven veel oog is voor analytics, verandert data storytelling van aard. De data storytelling van nu is veel meer gericht op een dialoog in plaats van op één overkoepelende conclusie. Beels vervolgt: "Omdat alle betrokkenen van belang zijn, ligt de uiteindelijke verantwoordelijkheid bij zowel de maker van het dashboard als de toehoorders. Samen moeten ze tot een conclusie komen over wat de data hun vertelt. Dat betekent dus ook dat er bij zakelijke beslissingen rekening moet worden gehouden met een breed scala aan perspectieven. Als data storytelling breed wordt omarmd in de organisatie kan de impact van data veel groter worden, doordat allerlei doelgroepen uit het bedrijf erbij worden betrokken, worden geïnformeerd, en nieuwe ideeën worden getest."

3. Met samenwerkingen krijgen data nog veel meer maatschappelijk nut 

Beels ziet ook de potentie van samenwerkingen. "Dankzij data kan de private sector op ongekend nieuwe manieren zijn werk doen. Ook niet-gouvernementele organisaties (ngo’s) en instellingen zonder winstoogmerk profiteren van data. Er komen steeds meer 'Data for Good'-stichtingen, nu organisaties zicht krijgen op de meerwaarde van data voor maatschappelijke initiatieven. Sterker nog, uit onderzoek van Gartner blijkt dat op sociale media 68 procent meer gesproken wordt over ‘data for good’." Kennelijk krijgt de gemiddelde internetgebruiker door dat data echt meerwaarde kan hebben voor de maatschappij.
Vroeger had de publieke sector onvoldoende middelen om in een hoogwaardige data-infrastructuur en speciale datateams te investeren. Dat is inmiddels wel anders. Met de betaalbare en flexibele cloudtechnologie van tegenwoordig kunnen ngo’s en instellingen zonder winstoogmerk verfijnde dataomgevingen inrichten – zonder enorme aanloopkosten en met het vermogen om data voor het maatschappelijk belang in te zetten. Beels vult aan: "Het leidt ook tot de opkomst van een ‘gemenebest voor data’: platformen waarmee organisaties kunnen samenwerken en kennis kunnen uitwisselen om een gezamenlijk doel te behalen. Daarnaast wordt er nu veel meer gesproken over de factoren die bij dit soort samenwerkingen tot vertrouwen leiden, waaronder de verantwoorde omgang met data. Uiteraard ervaren ook samenwerkingsprojecten hobbels op de weg, maar uit de aandacht voor de altruïstische meerwaarde van data blijkt dat we er misschien wel de grootste wereldwijde problemen mee kunnen oplossen."

4. Bedrijven weten steeds beter hoe ze analytics kunnen inzetten

Bedrijven kunnen wel toegang tot BI-platformen hebben, maar dat betekent niet dat ze er ook daadwerkelijk mee aan de slag gaan. Sterker nog, wie ervan uitgaat dat toegang en meerwaarde synoniemen van elkaar zijn, belemmert juist de voortgang op het gebied van analytics. Beels illustreert: "Af en toe een rapport doorlezen leidt niet tot handelen of invloed. In plaats daarvan moeten zakelijk leiders meten in hoeverre het BI-platform wordt gebruikt om het bedrijf beter te laten draaien. Bedrijven sturen al op meer gebruik aan met behulp van interne gebruikersgemeenschappen." Sommige bedrijven lopen hierbij voor de troepen uit. Bij JPMorgan Chase heeft het Center of Excellence-team duizenden analisten voor het BI-platform klaargestoomd. "Zij groeien uit tot deskundige gebruikers die anderen met slimme werkwijzen laten kennismaken en die aansturen op overeenstemming over datadefinities," aldus Beels. "Dat leidt uiteindelijk tot meer voordelen en een beter rendement van het BI-systeem, efficiënter personeel en een slagvaardiger organisatie."

5. Dankzij de gelijkwaardigheidsslag binnen de datasector stijgt de informatiewetenschapper in aanzien

De laatste trend die Beels benoemt gaat over de datagerelateerde functies in de arbeidsmarkt. Het aantal banen in de datasector stijgt, met ‘technicus voor machine learning, informatiewetenschapper en big data-technicus als de snelst groeiende banen’, volgens het U.S. Emerging Jobs Report van LinkedIn uit 2017. "Nu meer afdelingen en functies met data werken, is er ook meer kennis over data," verklaart Beels. "De informatiewetenschap krijgt een nieuwe invulling, terwijl de scheidingslijnen tussen zakelijke en informatietechnische kennis vervagen. De informatiewetenschappers van nu moeten over vergevorderde kennis van statistiek en zelflerende machines beschikken, met daarnaast strategisch inzicht in het bedrijfsleven en diepgravende kennis van de branche." Informatiewetenschappers leveren niet meer zomaar wat resultaten af, maar hebben nu ook zeggenschap over de manier waarop het bedrijf die resultaten gebruikt. Daarnaast moeten ze aan het management goede presentaties over hun resultaten kunnen geven en samenwerken met collega’s die data voor hun werkzaamheden nodig hebben. "Daarbij moeten ze ook werken met niet-professionele informatiewetenschappers uit de publieke sector, die in hun werk weinig met statistiek van doen hebben en zich vooral over modellen buigen, om hypothesen te formuleren en testen. Met zelfbedieningstools voor analytics kunnen deze specialisten meer vat op data krijgen en er conclusies aan onttrekken waaraan het bedrijf echt veel heeft, "sluit Beels af.


Lees meer bij de bron van dit artikel

<< Terug naar de nieuwslijst