Big Data als brandstof van de digitale economie


Hans de Zwart, die voorzitter is van ‘Bits of Freedom’, een vereniging die de digitale burgerrechten verdedigt, heeft de kans niet laten liggen om een big te adopteren in de lokale kinderboerderij omdat hij dat biggetje zo een naam mocht geven; het heet nu Big Data. Hij zocht die aandacht omdat de situatie ernstig is, hyperurgent zelfs.

Laat ons dat dus maar eens als onderwerp nemen, Big Data. Je vermoedt het al, we zitten al lang niet meer op de kinderboerderij.

Het openbaar leven van Big Data vangt aan in Davos, in 2012, met het rapport van het World Economic Forum met de titel Big Data, Big Impact en met het besef bij de aanwezigen dat een aantal bedrijven zoals Google met web advertenties (539 miljard), Facebook met sociale netwerken (370 miljard), en Amazon met online commercie (354 miljard) in korte tijd onnoemelijk rijk en uitzonderlijk winstgevend werden, en dat louter door het ontginnen van Big Data, de brandstof van de nieuwe booming digitale economie. Er zijn er wel meer die dat ook zouden willen. En inderdaad, “Chinese klonen worden uitdagers” kopt de krant De Tijd. Baidu, Tencent en Alibaba worden snel groter dan het originele Google, Facebook en Amazon. De digitale economie baart hyperschaal bedrijven. Betalingsverkeer en bankdiensten zijn de volgende aantrekkelijke buit.

Wat is Big Data? Het is veel meer dan ‘veel’ gegevens. Een elementaire deeltjes-botsingsexperiment in de CERN genereert 15 petabyte (een miljoen mijard) data, maar dat is geen ‘Big Data’. Big Data is een omvattend, gelaagd en maatschappelijk concept gebouwd op drie lagen nl. 1) data collectie, 2) data-analyse en 3) data-exploitatie. Dat laatste betreft, zeg maar, de doelstellingen waar het allemaal om draait.


Lees meer bij de bron van dit artikel

<< Terug naar de nieuwslijst